Micro-expressies: de emotie vóór het masker
Gepubliceerd op: 6 juni 2025

Je kent het wel. Je zit in een overleg, je legt een idee op tafel waar je best enthousiast over bent — en in een fractie van een seconde zie je het. Iets in het gezicht van een collega. Een klein trekje in de mondhoek, of een snelle frons, net voordat ze haar neutrale gezicht weer opzet. Niets uitgesproken, maar tóch voel je het: daar zit iets. Een micro-expressie.
Het zijn gezichtsuitdrukkingen die maar een halve seconde of minder duren. Onbewuste signalen die vaak veel eerlijker zijn dan wat iemand zegt. En ja, als je ze leert lezen — écht leren lezen — kan dat een gamechanger zijn. Niet alleen in gesprekken, maar ook in je rol als leider.
Een set basisemoties
De psycholoog Paul Ekman, die decennialang onderzoek deed naar gezichtsuitdrukkingen, ontdekte dat er een set basisemoties is die wereldwijd — dus cultuur-onafhankelijk — op dezelfde manier wordt geuit. Dingen als woede, angst, minachting, verrassing… ze hebben allemaal hun eigen mini-gezicht. Zelfs als iemand probeert te doen alsof er niets aan de hand is.
Het interessante is: deze expressies zijn zó snel dat we ze vaak missen. Of beter gezegd: ons brein registreert ze vaak wel, maar we geven er geen taal aan. Toch laten ze een indruk achter. Dat gevoel dat er iets niet klopt, maar je weet nog niet wat. Je onbewuste pikt deze signalen wel op. En daar wordt het interessant voor leiders. Als je je bewust wordt van wat je onbewust waarneemt, dan kun je gericht reageren.
Gericht trainen: aanhaken voordat iemand afhaakt
We hebben het vaak over softskills in leiderschap. Maar eigenlijk is dat een gekke term. Want wat Daniel Goleman in zijn werk over emotionele intelligentie laat zien, is dat het vermogen om emoties te herkennen, begrijpen en erop te reageren minstens zo belangrijk is als strategisch kunnen denken. Goleman noemt dit ‘empathie’ en ‘sociale vaardigheid’ — twee van de vijf pijlers van emotionele intelligentie.
En laten micro-expressies nu precies de ingang zijn om dat empathische vermogen te trainen. Want het is niet alleen maar “iemand aanvoelen”. Het is echt: zien, benoemen, ruimte geven. Wat je dus traint is je vermogen om aan te haken, voordat iemand afhaakt.
De nuance gebruiken
En nu praktisch: vorige week had ik een gesprek met een klant waarmee we een nieuwe samenwerking aangaan. Ik sprak enthousiast over het trainingsvoorstel en de inhoudelijke thema’s waar we met het team aan de slag konden. En terwijl ze knikte, zag ik een klein… ja, hoe zeg je dat… soort samengeknepen mondhoek. Geen afkeuring, meer meer een soort terughoudendheid.Een paar maanden geleden had ik er waarschijnlijk niks mee gedaan. Gewoon doorgaan, alles strak inregelen, hoppa.
Maar dit keer vroeg ik: “Hé, ik zie dat je een beetje twijfelt — klopt dat?”En toen kwam het. Ze zat met iets in het voorstel dat niet groot was, maar wél impact had gehad als het niet uitgesproken werd. We pasten iets kleins aan, en ze ging er 100% achter staan.
Het gaat dus om die nuance: even inchecken, net voordat iets onderhuids gaat broeien.
Alert in het tussenmoment
We denken vaak dat leiderschap gaat over richting geven, knopen doorhakken, visie hebben. En dat is ook zo — deels. Maar het andere deel, dat vaak vergeten wordt, zit in de tussen momenten. Tussen wat iemand zegt en wat iemand voelt. Tussen wat er gebeurt in een vergadering en wat er onder tafel meespeelt.
En het zijn juist die momenten waar micro-expressies zich laten zien. Heel even maar. Maar als jij ze opmerkt — en er iets mee doet — dan voelt de ander zich gezien. En dat maakt alles makkelijker: samenwerken, loslaten, weerstand bespreekbaar maken.
Oefenen?
Hoe oefen je nu dit soort vaardigheden? Natuurlijk kun je bij ons een training volgen😊. Maar ook het volgende gaat je helpen:
- Kijk naar interviews op tv. Zet het beeld af en toe op pauze. Wat zie je vlak vóór iemand antwoord geeft?
- Oefen in je eigen gesprekken. Let op je gevoel. Als je ergens over twijfelt — noteer het. Soms snap je pas later wat je eigenlijk al zag.
- Blijf nieuwsgierig. Niet controleren, maar afstemmen. Je leest geen gezichten om de ander te ‘ontmaskeren’, maar om contact te verdiepen.
Heb jij ooit zo’n moment gehad waar je ‘iets’ zag, maar niet goed wist wat? Wat heb je ermee gedaan? Of juist niet? Leuk als je deelt.